Hoofdstuk 72 - Mijn
ALTHEE.
Ik bereikte de vloer waar onze kamer was, en de gang was te stil. Mijn hart begon luid te bonken toen ik zijn suite naderde. Zijn deur stond op een kier.
Ik vroeg me af of ik naar zijn of mijn kant moest gaan. Maar als hij de deur tussen ons kapot zou maken, dan had het geen zin meer. Maar nog voordat ik kon beslissen waar ik heen moest, stond hij al bij zijn deur en keek naar mij.