Hoofdstuk 139 139
Cadifor glimlachte naar Makeda. Ze liet hem los en liep terug naar de anderen, alsof er niets gebeurd was. "Nou," zei Cadifor. "Zijn we hier klaar voor?"
"Ja," zei Aislinn met nadruk terwijl ze langs Cullen liep en rechtstreeks op de groep afliep.
Cullen gromde scherp en iedereen keek hem aan, behalve Aislinn. Iedereen liep onzeker de hut uit en het pad af naar de stenen. Cullen was als vuur en zwavel toen ze de staande stenen bereikten. Hij liep vastberaden naar Jenna toe. "Als haar iets overkomt," zei hij met een lage, dodelijke stem, "heb ik geen hulp nodig om je uit elkaar te scheuren."