Hoofdstuk 61
Terwijl we naar de vergadering reden, ondervroeg Emily me over de tien wolven die ze uit de stapel had geplukt. Ik wilde hun naam, rang, functie en iets persoonlijks over ze allemaal onthouden. Dat leek me toepasselijk, aangezien ze me allemaal kenden.
"Mevrouw Alpha, ik heb nog nooit zoveel tijd doorgebracht in het gezelschap van mensen," bekende Emily nerveus terwijl we de stad binnenreden.
"Noem me alsjeblieft geen Mevrouw Alfa, dat begrijpen de mensen toch niet," zei ik tegen haar.